Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Opdat de HEERE bevestige Zijn woord, dat Hij over mij gesproken heeft, zeggende: Indien uw zonen hun [7]weg bewaren, om [8]voor Mijn aangezicht trouwelijk, met [9]hun ganse hart en met hun ganse ziel te wandelen, zo zal geen man, zeide Hij, [10]u afgesneden worden van den troon Israels. 7. Dat is, zich in genegenheden, voornemen, woorden en werken naar mijn wil schikken; alzo onder, hfdst.8 vs.25; 2 Kon.20:3; 2 Kron.6:16. Dit noemt Mozes zijn ziel bewaren, Deut.4:15. 8. Dat is, oprechtelijk als in de tegenwoordigheid Gods [die het hart kent], naar alle geboden te leven. Zie 2 Kon.20:2, en 2 Kron.6:16. 9. Dat is, God te gehoorzamen, oprechtelijk, en zonder geveinsdheid, niet naar sommige maar naar al zijn geboden; welke gehoorzaamheid Hij aanziet niet in haar natuur, maar naar zijn genade in Christus, in denwelken zij volmaakt is; Kol.2:10. 10. De zin is, dat niemand van zijn nakomelingen ontbreken zou om te regeren; te weten, totdat de Messias komen zou, wiens koninkrijk eeuwig zou zijn.